‘Hulpmiddelen kunnen zoveel verlichting bieden’

Kevin is 16 jaar. Hij heeft een stofwisselingsziekte, ook wel metabole ziekte genoemd, waardoor zijn lichaam snel aftakelt. ‘De categorie van de variant die hij heeft, daar wil je niet invallen. Want dan weet je; mijn kind gaat niet volwassen worden.’

Het verhaal van Kevin

We spreken Karen Bosma, de moeder van Kevin. Omdat Kevin niet meer kan praten, doet zijn moeder dat namens hem. ‘De metabole ziekte die Kevin heeft is agressief van vorm. Bovendien heeft hij dystonie, waardoor zijn spieren niet goed werken. Je lichaam maakt dan langzame, draaiende bewegingen zonder dat je dat wil, maar ook abnormale vervormingen van één of meer lichaamsdelen horen bij dit ziektebeeld. Zo zijn Kevins armen en benen verdraaid en vervormd, en zit de dystonie ook in zijn ogen, hoofd en mond.’ 

De diagnose 
‘We zijn erachter gekomen toen Kevin negen jaar was. Hij struikelde vaak en dingen als bijvoorbeeld lezen leken hem niet goed te lukken. Niemand kon er een vinger op leggen wat het precies was. Tot de diagnose, op die ene dag. De gemiddelde levensverwachting van kinderen met deze ziekte is twaalf tot vijftien jaar. Kevin is een paar weken terug zestien geworden. We hebben het heel uitgebreid gevierd.’ 

Een luie stoel 
‘N
a de diagnose kreeg Kevin een vrij simpele rolstoel. Hij kon toen zelf wielen, alleen bij langere stukken had hij soms hulp nodig. Die rolstoel werd een steeds geavanceerdere rolstoel, aangepast aan wat Kevin nog wél kon. Toen op een zeker moment zelf wielen niet meer lukte, kwam er een elektrische rolstoel. Daar heeft hij een hele tijd gebruik van gemaakt, totdat zijn benen gestrekt kwamen te staan, door de dystonie. Hierdoor kon hij de pook van de stoel niet meer bedienen, waardoor we zijn overgegaan op een rolstoel in ligstand. Wij noemen het gekscherend een luie stoel, omdat je erin ligt.’ 

De verlichting van hulpmiddelen
‘Ik
weet het nog goed, de allereerste keer dat we naar Kevins school reden en een specialist op het gebied van hulpmiddelen hem daar had bezocht. Het was een man van de gemeente Uden, Kersten was toen overigens nog niet in beeld. Hij vroeg ons: “Hoe voelen jullie je nu?” “Vraag me dat straks nog maar een keer”, antwoordde ik. Het idee, ons kind in een rolstoel, bezorgde me een knoop in de maag. Maar daar kwam-ie hoor, vrolijk kwetterend, zelf rondcrossend in zijn leenrolstoel, met een glimlach van oor tot oor. Hij was weer die actieve jongen die hij altijd was geweest, zijn weg opnieuw vindend, vastbesloten om zijn zelfstandigheid terug te winnen. Vanaf dat moment hebben we die rolstoel omarmd. We kregen ons kind weer terug. De rolstoel verruimde zijn niet-kunnen. De rolstoelen die Kevin heeft gehad hebben hem heel lang heel veel zelfstandigheid gegeven. Hulpmiddelen kunnen zo ontzettend veel verlichting bieden.’ 

Het belang van goed advies
‘Tu
ssen die eerste rolstoel en Kevins huidige ligstoel is er heel wat veranderd, omdat het ziektebeeld zo grillig is. Mirjam Hofner, onze adviseur die bij Kersten werkt, is in dit traject voor ons ontzettend waardevol geweest. En nog steeds. Ze is continu bezig om een stoel voor Kevin zo aan te passen dat hij toch nog bepaalde dingen zelfstandig kan doen. Op de ELRO, zijn elektrische rolstoel, zaten bijvoorbeeld speciale arm- en beenkussens zodat Kevin toch met zijn benen gestrekt kon zitten. Ook was er een speciale pook zodat hij de stoel zelf kon blijven bedienen. De stoel was kortom helemaal aangepast aan Kevin. We zijn ook nog een tijdje bezig geweest om oogbesturing aan de rolstoel toe te voegen, toen zijn ogen hem in de steek lieten. Op een zeker moment heeft Kevin zelf aangegeven dat hij dat niet wilde. Samen hebben we een manier gevonden om toch te communiceren. Hij helpt gelukkig goed mee; dat koppie van hem is helemaal in orde. Vorige week hebben we de ELRO laten ophalen. Nu heeft Kevin een basic ligstoel; technologie komt er niet meer aan te pas. Er is ontzettend veel op de markt, maar alles wat er is functioneert voor Kevin helaas niet meer.’ 

Steun en toeverlaat
‘Mirjam
 is mijn steun en toeverlaat. Toen de vorige hulpmiddelenleverancier waar zij werkte het financieel niet meer redde, kregen we van de gemeente Uden een aantal opties van leveranciers waaruit we mochten kiezen. We hebben direct gekozen voor daar waar Mirjam zat. Ze belt ons ook af en toe op, bijvoorbeeld als er iets nieuws op de markt is. “Weet je dat dit en dit bestaat?” 

Mensen die met je meedenken zijn zo ontzettend belangrijk als je in een situatie als de onze zit. Wij weten immers niet wat er qua spullen te halen valt. Het eerste dat Mirjam doet als ze bij ons binnen is, is checken hoe het met Kevin gaat. En als ze ons bijvoorbeeld ziet struggelen met een bepaalde handeling, zie je haar kijken en weet je dat ze al in mogelijkheden aan het denken is. Wij hebben door Mirjam zaken aangedragen gekregen waarvan we het bestaan niet afwisten. En als je niet weet dat iets bestaat, heb je het ook niet nodig. Ja, je hebt echt iemand nodig die je vertelt wat er mogelijk is, en wat je kind zou kunnen helpen. Want je wil niets liever dan dat, maar je weet niet wat de opties zijn.’ 

Een goede samenwerking 
‘We
hebben ook een goede ervaring met onze contactpersoon bij de gemeente. Onze Joep, noemen we hem. Hij kent de situatie van Kevin en als er bepaalde dingen zijn schakelt Mirjam direct met hem. “Zal ik even contact met Joep opnemen?” Ik weet dat er dan een handtekening wordt gezet, en dat het zo geregeld is. Dat is superfijn. We hebben ook nooit te maken gehad met wachttijden. Omdat Kevin binnen het half jaar andere hulp nodig heeft, is het heel fijn als er snel geschakeld wordt.” 

Een overstromend glas
We weten dat we aan het einde van het traject staan. Toch hebben we door deze nieuwe ligstoel nog de mogelijkheid om met Kevin dingen te ondernemen en het mooie uit het leven te halen. Kevin is een kind bij wie het glas niet halfvol is; bij hem stroomt het glas over. Hij kijkt naar wat hij kan, in plaats van naar wat hij niet meer kan. Hij is ook zo dankbaar voor alles wat hij nog heeft gekund. Dat is fascinerend om te zien. Van de week zei hij tegen me dat hij bang is voor de dood; hij is angstig dat het niet lang meer zal duren. Desondanks stond hij vanochtend met een grote glimlach op; hij had kerstviering op school en had er zoveel zin in.’ 

Misschien ook interessant

Samen duurzaam bloeien

Vandaag is een speciale dag voor alle professionals in de zorg, want vandaag is het de Dag van de Zorg. We staan op deze dag graag

LEES MEER >
Gewijzigde-openingstijden---tegel

Openingstijden depot – Koningsdag en Hemelvaart

Rondom Koningsdag en Hemelvaart hanteren wij binnen ons depot andere openingstijden. Lees hieronder verder.

LEES MEER >

Door met Menzis Zorgkantoor

Vanaf 1 april gaat de nieuwe driejarige overeenkomst in voor het rolstoeldepot van Menzis voor het herverstrekken van rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen in het kader

LEES MEER >

‘Ik voel me een zorgondersteunende professional’

Tilliften, rolstoelen, toiletstoelen en ADL-hulpmiddelen: ze zijn onmisbaar in iedere zorginstelling. Inkopers spelen in het faciliteren van deze – en meer – hulpmiddelen een cruciale rol. Liesbeth Konings, concern inkoper bij Proteion, is daar één van. Wat verwacht zij van een zorgleverancier? Met welke uitdagingen heeft ze te maken? En hoe ervaart zij de samenwerking met Kersten?

De inkoop van hulpmiddelen

‘Als middelgrote zorgorganisatie in Noord- en Midden-Limburg biedt Proteion hoogwaardige zorg en ondersteuning aan haar cliënten, zowel binnen de 10 intramurale locaties als in de thuiszorg. Daarnaast werken we onder meer strategisch samen met 19 zorgondernemers, die particuliere initiatieven in de zorgsector zijn gestart. Sinds 2017 ben ik concern inkoper binnen Proteion. Als afdeling inkoop zorgen we ervoor dat onze zorgmedewerkers de juiste producten kunnen bestellen, tegen de overeengekomen voorwaarden en condities. Wij maken die afspraken met de leveranciers en zijn verantwoordelijk voor contract- en leveranciersmanagement. Daarnaast ben ik binnen inkoop het eerste aanspreekpunt voor zorgondernemers. Zij kunnen eveneens zaken doen met de leveranciers waarmee wij afspraken hebben gemaakt. Waar nodig begeleid en adviseer ik ze daarin. Dat loopt inmiddels als een geoliede machine.’

Mensenwerk 
‘Ik sta niet met mijn handen aan het bed, maar ik werk indirect wel in de zorg. Ja, ik voel me absoluut een zorgondersteunende professional. Als inkoper heb ik degene met de zorgvraag altijd in mijn achterhoofd; ons werk is mensenwerk en wij doen het voor de cliënten. Ik zet me graag vol voor hen in. Is het bijvoorbeeld nodig dat een bepaalde cliënt een specifieke oplossing nodig heeft? Dan neemt de ergocoach van de betreffende locatie met mij contact op en doe ik mijn uiterste best om zijn of haar wens te kunnen realiseren. Naast de cliënt denk ik natuurlijk ook aan onze zorgmedewerkers; zij willen geholpen worden bij hun vragen en uitdagingen. Over de producten die Proteion bij Kersten afneemt heb ik meestal contact met ergocoaches; zij zorgen er onder andere voor dat medewerkers op een zo ergonomisch verantwoord mogelijke manier kunnen werken en zijn vanuit die hoedanigheid betrokken bij de inkoop van bijvoorbeeld tilliften. Ergocoaches zijn mijn aanspreekpunt binnen de locaties en weten me te vinden. Net als Kersten, met wie zij directe lijntjes hebben.’

Korte lijntjes, snel acterend en oplossingsgericht
‘Sinds september 2022 hebben we samen met Kersten een koppeling met de nieuwe webshop gerealiseerd. Hier kunnen medewerkers rechtstreeks producten bestellen. Dit zijn de producten die binnen het Kersten-Proteion-assortiment vallen. Voor ons is dit een grote vooruitgang. Het bespaart ons aan alle kanten tijd en voorkomt een hoop mailverkeer. Niet alleen voor ons als inkopers; maar ook voor zorgmedewerkers en de crediteurenafdeling.

Ik zie Kersten als een partner waar ik echt op kan bouwen. Het is een partij die innovatief is, dat is natuurlijk ook een voorwaarde binnen het huidige zorglandschap. Stilstaan is geen optie. Wat ik daarnaast zelf heel fijn vind is dat de lijntjes kort zijn en dat het contact prettig en informeel is. Ik voel geen enkele drempel om Kersten, en dat is voor mij dan meestal Aike, onze accountmanager, te benaderen. Als er zich een probleem op een locatie voordoet en zorgmedewerkers van Proteion kloppen bij mij aan, neem ik contact op met Kersten en weet ik: het komt in orde. Ik kan van ze op aan, het wordt altijd opgelost. Dat is voor mij erg prettig, en voor de zorgmedewerkers heel belangrijk. Zij moeten immers snel geholpen kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan een zware patiënt die een tillift nodig heeft. Dan bel ik Aike, onze accountmanager, of hij naar de locatie toe kan komen en de situatie ter plekke wil bekijken. Daarna volgt advies en actie, Kersten acteert snel. Bovendien weten ze waar ze het over hebben. En als ze er zelf niet uitkomen, is hen precies duidelijk waar ze de hulp elders vandaan kunnen halen.’

Blij en tevreden 
‘Ik kende Kersten al omdat ik vòòr Proteion als inkoper bij het Laurentius ziekenhuis heb gewerkt. De afgelopen 1,5 jaar heb ik Kersten echter écht goed leren kennen en intensief met ze samengewerkt. Onlangs is de samenwerking met Kersten hernieuwd. Het voelde vertrouwd om weer terug te zijn. Het team spant zich elke dag in om ons te faciliteren in onze vragen en verzoeken, we worden echt ontzorgd. Ik merk dat ik minder vragen krijg over het bestellen bij Kersten, omdat we het samen nu goed hebben geregeld. Onze medewerkers kunnen rechtstreeks met medewerkers van Kersten schakelen als dat nodig is; zo wordt er onderling veel opgelost. Super.’

Totaalleverancierschap 
‘Kersten is voor ons een grote leverancier. We hebben natuurlijk de Wlz-tak voor persoonsgebonden hulpmiddelen voor mensen die in onze instellingen verblijven, deze financieringsstroom gaat buiten ons als inkoopafdeling om omdat deze hulpmiddelen rechtstreeks bij zorgkantoren worden gedeclareerd. Hier heb ik zelf dan ook minder zicht op, al heb ik er wel contractuele afspraken over gemaakt. Daarnaast hebben we de hulpmiddelen voor cliënten mét behandeling, die zorgmedewerkers rechtstreeks bij Kersten bestellen. Samen beslaat dat een behoorlijk groot en compleet pakket. Er zijn er maar weinig die dit onder één dak aanbieden. Groot voordeel van zo’n totaalleverancierschap is dat je hierdoor slechts met één contactpersoon te maken hebt, die de mensen kent. En vice versa. Dat is prettig.’

Onder de indruk 
‘Onlangs hebben we een rondleiding bij Kersten in Roermond gehad. Ik was onder de indruk van de grootte, van hoe strak alles georganiseerd is en hoe professioneel het er aan toe gaat, bijvoorbeeld op het gebied van reiniging en desinfectie. Ik wist dat al wel, maar als je het dan zo met eigen ogen ziet… dan gaat het nog meer leven. Ook vond ik die 3D-printer, waarmee ortheses op maat gemaakt kunnen worden, compleet afgestemd op de behoefte van de cliënt, heel indrukwekkend. En ik vind het mooi dat er zoveel mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt bij Kersten werken. Die waren allemaal ook zo enthousiast. Ja, na deze rondleiding had ik nog meer het gevoel: wat doen we goed aan deze samenwerking.’

Uitdagingen 
‘Natuurlijk kom ik in mijn werk ook uitdagingen tegen. Neem bijvoorbeeld een medewerker die heel enthousiast over een nieuw hulpmiddel is en dat graag zou willen uitproberen. Als inkoper wil ik diegene daarin graag faciliteren. Helaas is dat niet altijd één twee drie geregeld. Er kunnen meerdere haken en ogen aan zitten, zoals bijvoorbeeld bijbehorende software die niet veilig genoeg wordt bevonden. Al heeft het vaak ook te maken met onvoldoende budget. Vanuit mijn positie kan ik daar dan helaas weinig aan veranderen. Ja, dat is weleens jammer. Daarnaast is indexering door de huidige situatie in de wereld uitdagender geworden, gezien bijvoorbeeld de stijgende gasprijzen. Soms kan een leverancier niet blijven leveren tegen het afgesproken maximale prijsindexcijfer. Omdat wij ons aan het einde van de zorgketen bevinden kunnen wij een hogere indexering niet verder doorberekenen. Dan is het een kunst om tot een gulden middenweg te komen, waarin beide partijen zich kunnen vinden. In het afgelopen jaar is dit in sommige gevallen uitdagend gebleken.’

Het belang van duurzaamheid 
‘Vanuit mijn functie ben ik niet dagelijks met duurzaamheid bezig, in tegenstelling tot bijvoorbeeld mijn collega die het facilitaire pakket in haar portefeuille heeft. Duurzaamheid is echter wel iets waar we altijd op letten, zeker als we contracten met nieuwe leveranciers aangaan. Ik vind het mooi dat dit voor Kersten een belangrijk speerpunt is, dat spreekt me aan. Het raakt immers niet alleen de huidige behoeftes van onze maatschappij, maar ook die van de toekomst.’

Kleinschalige woon-zorg complexen 
‘Wat ik persoonlijk een mooie trend binnen de ouderenzorg vind, is het ontstaan van particuliere kleinschalige woonvoorzieningen. Deze voorzieningen richten zich bijvoorbeeld op mensen met dementie en/of mensen met een andere intensieve zorgvraag. Vaak ontstaan dit soort woon-zorgcomplexen, opgezet door mensen met een zorgachtergrond, in een dorp waar geen grote zorginstelling aanwezig is. Mooi toch, dat mensen hierdoor in hun vertrouwde omgeving kunnen blijven wonen, maar nu mét 24-uurs zorg. Ook Proteion werkt samen met dit soort woon-zorg complexen in de regio.’

Samenwerken voor onbepaalde tijd 
‘Van een zorgleverancier verwacht ik professionaliteit, deskundigheid, goed advies en natuurlijk een goede prijs-/kwaliteitverhouding. Daarnaast wil ik bij voorkeur een langdurige en duurzame relatie opbouwen. Kersten voldoet aan al mijn verwachtingen, zonder meer. Per 1 januari 2022 zijn we een nieuwe overeenkomst voor onbepaalde tijd aangegaan.’ Lachend: ‘Dat geeft denk ik wel aan hoe tevreden we over deze samenwerking zijn.’

Misschien ook interessant

Samen duurzaam bloeien

Vandaag is een speciale dag voor alle professionals in de zorg, want vandaag is het de Dag van de Zorg. We staan op deze dag graag

LEES MEER >
Gewijzigde-openingstijden---tegel

Openingstijden depot – Koningsdag en Hemelvaart

Rondom Koningsdag en Hemelvaart hanteren wij binnen ons depot andere openingstijden. Lees hieronder verder.

LEES MEER >

Door met Menzis Zorgkantoor

Vanaf 1 april gaat de nieuwe driejarige overeenkomst in voor het rolstoeldepot van Menzis voor het herverstrekken van rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen in het kader

LEES MEER >

Werken met ouderen is dankbaar en uitdagend

Marcella Durkstra werkt als ergotherapeut bij Stichting Wonen en Zorg Purmerend. Deze stichting voor ouderenzorg heeft drie woon-/zorglocaties rondom het centrum van Purmerend. Wat spreekt haar aan in dit werk? Hoe ziet zij de rol van hulpmiddelen? En wat zou zij in haar sector graag anders zien?

Interview ergotherapeut Marcella

‘Ongeveer acht jaar geleden ben ik afgestudeerd als ergotherapeut. Twee jaar geleden heb ik de overgestapt gemaakt van werken in de ouderenzorg in Amsterdam naar Purmerend. Ik woon daar samen met mijn man en twee meiden. De doelgroep waar ik mee werk spreekt me erg aan. Ouderen zijn vaak blij met de kleinste dingen, zoals een schroefje dat je even aandraait. En het is zo mooi als je ze kan helpen bij een stukje meer vrijheid en zelfredzaamheid. Mijn cliënten voelen zich vaak niet meer zo belangrijk, omdat ze al op leeftijd zijn. Dat zeggen ze zelf ook vaak: ‘ah nou ja, dat is niet belangrijk, dat komt wel.’ Maar ook al ben je oud, je mag er zijn! En dus regel ik de juiste voorziening, zodat diegene weer naar buiten kan en een rondje in de tuin kan rijden, bijvoorbeeld. Of dat de familie van een cliënt blij is omdat het dankzij duwondersteuning goed te doen is om de rolstoel naar het centrum te rijden. ‘Het was fijn om mijn vader mee te nemen naar het stadje,’ krijg ik dan terug. Dat vind ik leuk. En het is zo belangrijk. Lekker naar buiten, even een terrasje pakken, sociale contacten…’

Fysieke belasting
‘Op het moment dat mensen bij ons binnenkomen, weet je dat thuiswonen echt geen optie meer is. Mensen wonen tegenwoordig immers zo lang als mogelijk thuis, met hulp. Daardoor is de zorgvraag van deze doelgroep groter en complexer, dat zie je heel duidelijk. Het maakt dat ons werkt verandert, absoluut. Het wordt niet alleen voor de cliënt zwaarder, maar ook voor de zorgprofessional. Voor mij als ergotherapeut merk ik een duidelijke verschuiving in de focus naar een adviserende rol, bijvoorbeeld als het gaat om het gebruik van de juiste hulpmiddelen. Tijdens mijn opleiding hebben we wel het een en ander geleerd over fysieke belasting, en hoe ergonomie daar een rol in kan spelen, maar in mijn werk is dit nu dagelijkse koek.’

Mentale ondersteuning
‘Ik denk dat veel mensen onderschatten wat er bij werken in de ouderenzorg komt kijken. Een groot gedeelte heeft misschien toch dat beeld dat je in een verpleeghuis werkt waar ouderen lekker worden verzorgd. Dat is een achterhaald beeld, helaas. Ik kom op gesloten afdelingen waar bijvoorbeeld mensen met dementie zitten. Dat is soms best heel pittig. Voor cliënten zelf, voor hun familie of bekenden, maar ook voor mij als ergotherapeut. Gelukkig heb ik een collega die psycholoog is en me van goede tips en adviezen kan voorzien.’

Echt contact
‘Ik vind het contact met en naar mijn cliënten belangrijk. Ik probeer me zo open en eerlijk mogelijk op te stellen en doe mijn best om contact te maken. Dat zit ‘m vaak in kleine dingen. Bijvoorbeeld iemand in de ogen aankijken, of een hand op een schouder leggen. En als een cliënt in een rolstoel zit maak ik me vaak even wat kleiner. zodat ik niet boven hem of haar sta. Letterlijk en figuurlijk.’

Samenwerken met Kersten
‘Met Kersten werk ik vooral samen omtrent Wlz-rolstoelen. Voor mensen zijn dat gewoon hun benen; superbelangrijk dus. Als ergotherapeut weet ik veel van de cliënt, maar weinig van rolstoelen. Ja, ik weet wat er in de markt beschikbaar is en wat je op een bepaalde rolstoel kan. Maar Martin, jullie adviseur, is expert op dit gebied. Ik laat me dan ook graag door hem adviseren, zodat ik de rolstoel alleen nog maar hoef aan te vragen. ‘Kijk eens hoe hij in een gewone rolstoel zit,’ zeg ik dan tegen hem, ‘wil je met me meedenken wat een goede oplossing zou zijn?’ Hij weet precies waar hij het over heeft en ziet of een armsteun anders moet, of dat er toch een ander type stoel moet worden ingezet. Heel fijn dat ik daar niet over na hoef te denken; Martin neemt me echt werk uit handen. En dat is geen overbodige luxe, want de werkdruk is hoog en ik ben de enige ergotherapeut binnen onze stichting.’

De rol van hulpmiddelen
‘Hulpmiddelen maken ons werk, en het leven van onze cliënten, makkelijker. Ze dragen bij aan minder fysieke belasting, voor beide partijen. Ik werk met verschillende organisaties samen om de juiste hulpmiddelen in te zetten en de fysieke belasting naar beneden te krijgen. Je moet jezelf ook blijven bijscholen. Wat kan verlichting bieden zodat het werk minder zwaar wordt? Wij maken bijvoorbeeld veel gebruik van een Fourwayglide: dit is een systeem waarbij je mensen met lussen makkelijker kan draaien. Dat gepiel met glijzeilen is daardoor verleden tijd. En ik las bijvoorbeeld net dat er een tillift met elektrische accu op de markt is gekomen, waardoor zo’n lift makkelijker verrijdbaar is. Ja, dan is mijn interesse gewekt en onderzoek ik of het mogelijk is om dit uit te proberen.’

Persoonsgerichte benadering
‘Wat ik heel fijn aan Kersten vind is de persoonsgerichte benadering. Als ik de naam van een bewoner noem weten ze precies om wie het gaat. Er komen hier vaak dezelfde monteurs: Kevin en soms Jasper. Zij kennen de bewoners en maken dan een praatje met hen, en soms een grapje. Verder weet ik: als adviseur heb ik Martin. Hij kent de bewoners ook en weet wat er het beste kan worden ingezet als iemand achteruitgaat. En als ik jullie telefonist of telefoniste spreek, ik krijg altijd Marjan of Dani aan de lijn, weten ze precies om welke rolstoel het gaat. Dat is zo fijn! De vorige leverancier waarmee ik werkte was groot. De adviseur was vaak dezelfde, maar de monteurs en de mensen eromheen waren dat niet. Het feit dat jullie team waarmee ik werk klein en vast is, vind ik ontzettend fijn.’

Meer handen aan het bed
‘Er zijn genoeg dingen die ik binnen de zorg zou veranderen. Maar ja, waar begin je? In ieder geval zijn er meer handen aan het bed nodig, ook omdat een zorgmedewerker hierdoor tijd heeft om met de bewoner een spelletje te spelen. Of een fotoalbum door te bladeren. Het gebeurt wel, maar te weinig. Er is simpelweg onvoldoende tijd. En ik zou het imago van werken in de ouderenzorg willen oppoetsen. Ik werk nu bijvoorbeeld met een stagiair, hij is 19 jaar en volgt de opleiding ergotherapie. ‘Ik vind het zo leuk om met ouderen te werken,’ zei hij me laatst. Grote kans dat hij door deze ervaring later met ouderen gaat werken. Mensen die worden opgeleid hebben vaak het gevoel dat er veel meer gebeurd in een ziekenhuis of revalidatiecentrum. Ouderenzorg wordt denk ik toch als saai en eentonig gezien, terwijl het tegendeel waar is. De zorg is hier zoveel complexer geworden, en daarmee ook uitdagender en afwisselender. Verder zou ik alle zorgmedewerkers die aan het bed staan, zoals diegenen die vroeger bejaardenverzorger waren en nu meemoeten in alle veranderingen, meer geld toewensen. Dat verdienen ze.’

Misschien ook interessant

Samen duurzaam bloeien

Vandaag is een speciale dag voor alle professionals in de zorg, want vandaag is het de Dag van de Zorg. We staan op deze dag graag

LEES MEER >
Gewijzigde-openingstijden---tegel

Openingstijden depot – Koningsdag en Hemelvaart

Rondom Koningsdag en Hemelvaart hanteren wij binnen ons depot andere openingstijden. Lees hieronder verder.

LEES MEER >

Door met Menzis Zorgkantoor

Vanaf 1 april gaat de nieuwe driejarige overeenkomst in voor het rolstoeldepot van Menzis voor het herverstrekken van rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen in het kader

LEES MEER >

Van schaamte naar blijdschap: de scootmobiel van Irma Baatje

Stralend, warm en positief: tijdens het gesprek met Irma weet ze direct onze harten te veroveren. In niets is te merken dat ze een chronische ziekte heeft. Toch heeft ze dat wel, maar haar positivisme en veerkracht hebben de overhand. Een openhartig gesprek over omgaan met een nieuwe werkelijkheid, schaamte over rijden in een scootmobiel en hoe die schaamte uiteindelijk overgaat in blijdschap. ‘Want wat is dit ding fantastisch!’

‘Een scootmobiel truttig en grijs? Die van mij niet hoor’

Op het Drentse platteland, in een woonboerderij in Gasselte, woont Irma, 57 jaar, samen met haar partner en zoon. Sinds ze de ziekte van Kahler heeft, een chronische vorm van beenmergkanker, heeft ze een aantal botbreuken opgelopen en is ze mindervalide geworden. ‘Het ding met mijn ziekte is dat deze kanker zowel op het bot als op het beenmerg en mijn bloed inwerkt’, vertelt Irma. ‘Dat betekent dat mijn lichaam op dit moment een zogenaamde gatenkaas is. Sinds ik drie jaar terug gediagnosticeerd ben met Kahler, ben ik inmiddels sinds een jaar recidive geworden. Dat betekent een versnelde terugkeer van deze kanker. Een jaar geleden heeft dat breuken veroorzaakt. Vanaf dat moment kostte het me moeite om uit de voeten te komen.’

Dag bewegingsvrijheid
‘Omdat het bot bij mijn knie was aangetast, ben ik een operatie ondergaan. Dat was vorig jaar december, ik zat toen al in een rolstoel omdat ik mijn knie niet meer mocht belasten. Ik kreeg een tumorprothese en ben vervolgens gestart bij de fysio. Omdat ik moest revalideren en valgevaar, en daarmee de kans op botbreuken, te groot was, was ik mijn vrijheid van de ene op de andere dag kwijt. Ja, dat was even slikken. Autorijden mocht ik niet, en op de fiets stappen was ook geen optie meer. Wel op mijn hometrainer hier thuis hoor, maar buiten… te riskant. Opeens kon ik niet meer even op bezoek bij mijn vriendinnen, of een boodschap doen in het dorp. Mijn vriendinnen zeiden: “joh, vraag nou een scootmobiel aan!” Maar ik moest echt over een drempel heen. Het idee alleen al, ik in zo’n grijs rammelbakje…’

Goede gesprekken
‘Op een zeker moment ging ik toch overstag. Dat was in mei 2022. Ik ben naar de gemeente toegestapt, waar ik overigens al langer mee in gesprek was omdat ik ook huishoudelijke hulp via de Wmo krijg. Mijn contactpersoon had gelijk door hoe de vork in de steel zat. We bespraken mijn situatie en de aanvraag werd in gang gezet. Een paar weken later heb ik een paar keer telefonisch contact gehad met Kersten, onder andere over mijn wensen. Ik wilde bijvoorbeeld met de scootmobiel naar de fysio kunnen. Dat is vanaf hier best een stukje, dus dan moet je er eentje hebben die die afstand aan kan. Ook heb ik plekken in mijn botten die af en toe zeer doen, waardoor de vering goed moet zijn. Mijn wensen werden serieus genomen. En ik was verbaasd over de mogelijkheden. Een scootmobiel is een scootmobiel, dacht ik. Maar er bleek van alles en nog wat mogelijk.’

Een knalrode scootmobiel
‘En daar kwam-ie, de Kersten-wagen reed voor. Met daarin… een knalrode scootmobiel. Jeetje, wat hebben ze hier goed over nagedacht! Dat was mijn eerste gedachte. Ik had echt verwacht dat ik net zo’n ding als mijn schoonmoeder zou krijgen, zo’n grijze, maar het bleek een hele leuke en niet te grote scootmobiel te zijn. Ja, best heel hip. En kleurrijk dus, daar hou ik van.

Maar goed, toen moest ik er nog op rijden. Eerlijk is eerlijk: ik schaamde me kapot. Ik wilde in het begin echt niet, de eerste keer zat ik huilend op dat ding. Iedereen ziet gelijk dat je mindervalide bent. Oh, wat vond ik dat lastig. Ik wilde zoveel liever in de auto stappen, want rood of niet: een scootmobiel heeft een hoog truttigheidsgehalte. Ja, ik moest daar echt overheen stappen. Totdat ik dacht: je hebt hem aangevraagd, nu ga je er ook gewoon mee rijden. Ik kwam natuurlijk gelijk allemaal bekenden in het dorp tegen. Van heel actief zit je opeens op zo’n ding. En op een scootmobiel zit je niet voor niets, dus je laat gelijk aan de buitenwereld zien dat je iets ‘hebt’. Gelukkig sloeg dat gevoel op een zeker moment om. Grappen erover maken hielp daarbij ook. Dan wordt het allemaal wat normaler en lichter.’

Een fantastisch ding
‘Een scootmobiel is zo’n goed middel om toch overal heen te gaan als je even, of langere tijd, mindervalide bent. Het geeft je je vrijheid terug, en je onafhankelijkheid. Die onafhankelijkheid is voor mij misschien nog wel belangrijk dan mijn vrijheid. Ja, ik ben er ontzettend blij mee. Wat ook zo goed is: je bent in de buitenlucht. Natuurlijk, ik zou ook kunnen kiezen voor een regiotaxi, of een ziekentaxi, maar nu rijd ik door de velden. Het gevoel van dat ik bejaard ben omdat ik op een scootmobiel zit, is helemaal omgeslagen. Ik vind een scootmobiel eigenlijk ontzettend leuk. En dan vooral de mijne, natuurlijk.’

Vandaag is rood
‘Ik zorg goed voor mijn scootmobiel. Ik heb er bijvoorbeeld een blitse zilveren beschermhoes omheen. En ik zorg dat-ie goed opgeladen blijft. Ik vind dat eigenlijk niet meer dan logisch. Het is per slot van rekening niet mijn scootmobiel, dus ik vertroetel hem, zodat-ie nog een hele tijd meekan. ‘Het grappige is trouwens ook dat ik me een beetje naar mijn scootmobiel ga kleden. Naar de kleur bedoel ik dan, hè. Ik hou van kleur, dus nu ik zo’n rood ding heb stem ik mijn kleding daaropaf, zodat het een leuk en vrolijk geheel is als ik naar buiten ga.’

Wat een luxe
‘Ik vind het een ontzettende luxe dat ik deze scootmobiel vanuit de Wmo mag krijgen. Ja, echt waar. Het is niet normaal dat je dat zomaar krijgt. Ik ervaar het als een voorrecht dat de gemeente voor mij maandelijks een bepaald bedrag betaalt, dat ik op dit ding mag rijden en de vrijheid heb om met mijn sores weg te gaan. Mensen vinden vaak al snel dat ze ergens recht op hebben. En mensen kunnen goed klagen. Ik sta daar absoluut anders in en ben dankbaar dat de gemeente, en natuurlijk ook Kersten, het zo voor me hebben geregeld.’

Toekomstmuziek
‘Op dit moment is de ziekte redelijk onder controle. Ook ben in de tussentijd wat meer mobiel geworden. Ik kan wat beter lopen, mag af en toe autorijden als het lukt, maar gezien het verloop van de ziekte weet ik niet of dat zo blijft. Ik heb zelf zo’n instelling van: oh, nu kan ik dit en dit weer, dan kunnen we door. Maar omdat ik recidive ben, dat betekent dat klachten en symptomen altijd weer terugkomen, weet ik niet hoe het gaat lopen. Ik vergeet altijd dat ik kennelijk makkelijk wat kan breken, maar dat is helaas wel de realiteit. Omdat ik van huis uit dansdocent ben weet ik gelukkig hoe ik moet trainen. Of ik nu in een rolstoel zit of op bed lig; ik train wat er te trainen valt, want met beweging stimuleer je de botaanmaak. En dus ben ik blij dat mijn scootmobiel er nog staat. Zodat ik op die momenten waarop ik anders mijn fiets zou pakken, wegsjees met mijn scootmobiel.’

Door de schaamte heen
‘Tegen al die mensen die net als ik moeite heb om in een scootmobiel te gaan zitten, zou ik willen zeggen: “ik snap je, maar ga door je schaamte heen. Want uiteindelijk blijft het gevoel van vrijheid over. En van onafhankelijkheid.” Ik kan oprecht zeggen dat ik ontzettend blij ben als ik erop zit. Dat ik blij met mijn karretje. Echt, er komt een omslag.’

Misschien ook interessant

Samen duurzaam bloeien

Vandaag is een speciale dag voor alle professionals in de zorg, want vandaag is het de Dag van de Zorg. We staan op deze dag graag

LEES MEER >
Gewijzigde-openingstijden---tegel

Openingstijden depot – Koningsdag en Hemelvaart

Rondom Koningsdag en Hemelvaart hanteren wij binnen ons depot andere openingstijden. Lees hieronder verder.

LEES MEER >

Door met Menzis Zorgkantoor

Vanaf 1 april gaat de nieuwe driejarige overeenkomst in voor het rolstoeldepot van Menzis voor het herverstrekken van rolstoelen en andere mobiliteitshulpmiddelen in het kader

LEES MEER >

Samen elke inwoner laten participeren

Mensen wonen steeds langer thuis. Hoe zorgen we ervoor dat elke inwoner kan participeren, maar niet op een gouden scootmobiel. Ook gemeentes en Wmo consulenten staan voor de uitdaging om zorg voor hun inwoners toegankelijk en betaalbaar te houden. Soms best een lastige spagaat. Katrijne de Vries deelt haar ervaring uit de praktijk.

Samen elke inwoner laten participeren

Iedere inwoner laten participeren, maar niet op een gouden scootmobiel..,
Al meer dan 25 jaar werkt Katrijne de Vries bij de gemeente Haarlem, regio Zuid-Kennemerland. Vanuit haar rol als account- en contractmanager denkt ze onder meer mee over aanbestedingen en wat de beste manier is om inwoners passende hulpmiddelenzorg te kunnen bieden. Wij gingen met Katrijne in gesprek, over de dagelijkse praktijk, samenwerking en de uitdagingen binnen de Wmo.

‘Als account- en contractmanager ben ik verantwoordelijk voor Haarlem en Zandvoort. Dat contrast, stad en dorp, vind ik leuk. In de beginjaren was ik casemanager bij de gemeente, en vanuit daar ben ik steeds dieper de organisatie ingerold. Zo ging ik vanuit de uitvoering naar een functie als kwaliteitsmedewerker, waarna ik vervolgens in 2015 Wmo contractmanager werd. Als contractmanager denk ik mee over aanbestedingen en zorg ik dat afspraken tussen gemeente en zorgaanbieders en leveranciers duidelijk zijn en de samenwerking soepel verloopt.

Veranderingen in vraag een aanbod
‘Ik merk dat de mensen mondiger zijn geworden. Ze gaan eerder zelf shoppen, op zoek naar een hulpmiddel dat goed bij hen past. Dat kan spanning geven. Dit kun je voorkomen door de verwachtingen van de doelgroep goed te managen, maar als een hulpmiddel al is aangeschaft ben je te laat. En ja, natuurlijk zijn er heel veel mooie hulpmiddelen in de markt. Die ontwikkeling en de innovaties gaan natuurlijk gewoon door. Maar we betalen dit alles wel met gemeenschapsgeld, dus we moeten ook kritisch naar de kosten kijken. Ik hoop dat door de coronacrisis, de oorlog in Oekraïne en daarmee het gebrek aan grondstoffen én het feit dat alles duurder wordt, hopelijk ook het besef komt dat niet alles mogelijk is. Natuurlijk wil je dat iedere inwoner kan participeren en een zo’n goed mogelijk hulpmiddel heeft, maar dat kan niet altijd een gouden scootmobiel zijn. Dat is een spanningsveld, maar met Kersten kan ik daar goede discussies over voeren. Jullie zijn daarin echt een partner.’

Langer thuiswonen
‘Datzelfde geldt voor langer thuiswonen. Ik weet dat het aantal Wmo-aanvragen bij de meeste gemeentes toeneemt. Dat zien we bij ons ook terug. Voor de Wmo Hulpmiddelen valt dit bij ons nog mee. Misschien hebben we erg zelfredzame burgers, haha. Maar de vraag is inderdaad wel: hoe houden we het met elkaar beheersbaar op de langere termijn? Het feit dat jullie ook met andere gemeentes samenwerken maakt dat we ervaringen kunnen delen. Ook dat is partnerschap. Wanneer zet je wel en wanneer niet een scootmobielpool op? Ook dit zijn belangrijke thema’s die je vooral met elkaar moet bespreken.’

Samen met onze inwoners
‘Binnen het Wmo-hulpmiddelen team hebben we begin 2019 een klankbordgroep opgezet. Het is leuk en leerzaam, want hierdoor ontdekken we waar gebruikers die een hulpmiddel nodig hebben of daar al gebruik van maken tegenaan lopen. En zo’n hulpmiddel kan een grote invloed hebben op de kwaliteit van het dagelijkse leven van mensen. Uiteindelijk zien we dat het vooral om goede communicatie draait; dat is de basis. Dus als de gemeente of Kersten zegt dat je terugbelt, wil je als cliënt daadwerkelijk teruggebeld worden en niet in de wacht worden gezet. Daarnaast is het belangrijk om inwoners in complexere situaties meer aandacht te geven. Zeker bij mensen die volledig afhankelijk zijn van hun hulpmiddel, wil je maximale ondersteuning kunnen bieden. We zijn nu ook bezig met het inregelen van een vast aanspreekpunt bij complexere hulpmiddelen. Daarnaast hebben we een uitvoerend beleidsmedewerker, waardoor de lijntjes naar de inwoners maar ook naar Kersten toe korter zijn. Zo kunnen we nog sneller schakelen.’

Kwaliteitskader
Waar we ook mee aan de slag zijn is het kwaliteitskader. We hebben de convenanten ondertekend, maar dan begint het pas. Die ergo moet ook worden meegenomen in alle ontwikkelingen. Die moet weten wat het voorkeursassortiment is en hoe je volgens het convenant kan handelen. Dat kan ook het proces versnellen. Dan zie je toch echt dat we het in de keten met elkaar moeten doen.

De samenwerking met Kersten
‘Kersten heeft haar dienstverlening goed op orde. Dat zit hem in het leveren van kwalitatieve hulpmiddelen, dat is de basis, maar ook in snel in actie komen bij een storing. En natuurlijk in goede communicatie. Het belangrijkste is dat de gebruiker van een hulpmiddel een prettig gevoel heeft in hoe Kersten met hem of haar omgaat. En laat een fijn gevoel nou net iets zijn wat je niet in een Wmo-contract kan opnemen. Dat contract wordt meestal alleen uit de kast gehaald als het niet loopt.’ ‘Ik hoor vanuit mijn team in ieder geval momenteel weinig, en dat is een goed teken, dan loopt het zoals het moet.’

‘Kijkend naar waar de Wmo consulent bij gebaat is, dan is dat een goede bereikbaarheid en specialistische productkennis. Ja, de consulent bepaalt wat er nodig is en in welke categorie, maar de technische invulling en details laten we graag over aan de experts, zoals jullie adviseurs. Ieder zijn vak. Verder vind ik een goede onderlinge relatie erg belangrijk. In mijn ogen betekent dat dat je van elkaar op de hoogte bent en elkaar ook op de hoogte houdt. Verwachtingen managen, afspraken nakomen en doen wat je belooft is overigens minstens zo belangrijk. Tot slot vind ik het heel bijzonder wat jullie doen op het gebied van sociaal ondernemerschap. Dat kan ik alleen maar onderschrijven.’

Samen werken aan kwaliteit van leven
‘Als ik één dag minister van VWS zou zijn, zou ik inzetten op meer kleinschaligheid in de wijk. Dat komt de kwaliteit van leven van inwoners ten goede, daar ben ik echt van overtuigd. Het maakt dat zolang mogelijk zelfstandig thuis wonen aantrekkelijker wordt. Ik denk dat op een bepaalde manier het vroegere bejaardentehuis wordt gemist. De stap naar een participatiemaatschappij is groot en lang niet voor iedereen haalbaar. Er zit een gat tussen hoe het vroeger en nu geregeld is. Dat moeten we met elkaar zien op te lossen. En de sleutel ligt denk ik echt bij meer werken in en vanuit de wijk. Nog genoeg mooi werk te doen dus!’.

Misschien ook interessant

veertje Kersten

NIEUW: ondersteuning bij palliatieve zorg

In een tijd waarin mensen steeds vaker regie nemen over de manier waarop zij hun laatste levensfase willen doorbrengen, neemt ook de vraag aan palliatieve

LEES MEER >
bas en edgar kerstenhulpmiddelen

En toen waren we 35 jaar verder

Bas en Edgar namen in 2020 als directieduo het estafettestokje over. In de serie In gesprek met de Directies van Kersten blikken ze terug.

LEES MEER >
Servicepunt-Nederweert-

Adreswijziging servicepunt Nederweert

Per 9 februari 2022 verhuist het servicepunt in Nederweert naar een nieuwe binnen locatie: Ontmoetingscentrum De Gunnerij in Nederweert.

LEES MEER >

Westrom: een duurzame samenwerking

Als inclusieve organisatie werkt Kersten Hulpmiddelen inmiddels nauw samen met participatiebedrijven door heel Nederland. Westrom was het allereerste participatiebedrijf waar Kersten de verbinding mee aanging.

Westrom: een duurzame samenwerking

Twee bedrijven die samen de handen ineen sloegen voor eenzelfde doel. En niet alles ging vanzelf. Een gesprek over een bijzonder partnership en het veranderende effect van participatie op onze samenleving.

Op 1 januari 2015 verving de Participatiewet de Wet Werk en Bijstand, de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wajong. Dit moest leiden tot betere en goedkopere ondersteuning van kwetsbare mensen. Mensen die in aanmerking komen voor beschut werk, kunnen terugvallen op een beschermde omgeving als Westrom, via de weg van de gemeente. Bovendien zou instroom nu via de gemeente en de Participatiewet verlopen. We gaan in gesprek met Mieke Wijnen, projectleider social return binnen Kersten, en Maud Rulkens, commercieel manager bij Westrom. Als erkend leerwerkbedrijf geven zij uitvoering aan de Participatiewet en voorzien zij medewerkers van passend werk voor vijf gemeenten en het bedrijfsleven in Midden-Limburg.

Het oorspronkelijke plan: een gezamenlijke WMO-vestiging
Ongeveer acht jaar geleden startten de eerste gesprekken tussen Westrom en Kersten. Het was Jan Snoek, destijds directeur van Westrom, die de wens had om, net als de gemeente Venlo, hulpmiddelen te verstrekken vanuit de sociale werkvoorziening. Het oorspronkelijke idee was om ook een WMO-afdeling bij Westrom in te richten. Westrom zou de hulpmiddelen gaan verzorgen in opdracht van de gemeente en Kersten kon waar nodig specifieke expertise inbrengen, zoals het trainen van medewerkers en het verrichten van speciale aanpassingen aan hulpmiddelen. Maar het liep anders. Mieke: ‘We hebben bijna een jaar lang mensen van Westrom bij ons op de werkvloer getraind in diverse werkzaamheden: van reiniging tot montage. Een van de punten waar we tegenaan liepen was dat de werkdruk die er voor ons écht niet was, door de mensen wél als zodanig werd ervaren. Een voorbeeld: Westroms mensen zagen de hoeveelheid rolstoelen die dagelijks binnen kwamen. Die rolstoelen hoefden zij zelf niet te verwerken, maar zo voelden ze dat wel. Mensen hebben toch een andere achtergrond en een ander referentiekader.’ ‘Bovendien werd al snel duidelijk dat het worden van een WMO-vestiging niet bij onze organisatie paste,’ vult Maud aan. ‘Het kwam erop neer dat Westrom een totaal ander bedrijf moest worden, met nieuwe mensen en nieuw binnen te halen expertise. De investering die dat met zich mee zou brengen stond niet in verhouding tot het aantal mensen dat we aan het werk zouden kunnen zetten.’

Partner in specifieke werkstromen
En zo gingen de plannen voor een WMO-vestiging nieuwe stijl de prullenbak in. De intensieve kennismakingsperiode was echter niet voor niets geweest en leidde voor Kersten tot waardevolle detacheringen. Dit waren de mensen die wel weer goed pasten bij specifieke werkzaamheden die binnen Kersten moesten worden verricht. De laatste Westrommer uit die tijd gaat binnenkort met pensioen. ‘Die periode leerde ons dat Westrom een waardevolle partner voor ons kon zijn binnen bepaalde werksoorten,’ vervolgt Mieke. ‘Als depothouder is hergebruik voor Kersten een belangrijke pijler. Dat brengt specifieke werkzaamheden met zich mee die uitstekend passen bij Westrom, zoals het repareren van banden en wielen, het opknappen van beensteunen en het demonteren en reinigen van onderdelen van rolstoelen vanuit de afkeurstroom.’ Maud vult aan: ‘Wat past er binnen Westrom, wat heeft Kersten nodig en hoe kunnen we dat goed samenbrengen? We zijn opnieuw met elkaar om tafel gegaan en hebben elkaars kwaliteiten weten te verbinden.’

Logistieke trein van wielen en banden
‘In die tijd zijn we intensief gestart met het repareren van wielen en banden. Die kwamen in groten getale bij ons binnen,’ zegt Maud. En nog steeds is Westrom een belangrijke schakel als het gaat om Kerstens banden- en wielenstroom. We doen de banden voor heel Nederland!’ Mieke: ‘Als Westrom geen banden zou repareren zouden onze monteurs zelf dat werk moeten doen. Door dit deel uit te besteden aan Westrom, kunnen we onze rolstoelen sneller uitleveren. Daarnaast leggen we op deze manier een deel van de arbeid neer bij een doelgroep mensen bij wie dit soort werk heel goed past.  Kwaliteit staat daarin voorop, want kwalitatieve en betrouwbare hulpmiddelen voor elke eindgebruiker is de basis. Als de samenwerking goed is, is het vertrouwen er ook dat al die losse onderdelen die door Westrom gerepareerd worden en bij ons retour komen niet meer gecontroleerd hoeven te worden. En dat gaat heel erg goed. Natuurlijk is het wel nodig dat we hierin goed blijven afstemmen om de kwaliteitsnormen hoog te houden. We investeren continu in ons partnership. Niet waar, Maud?’

De ‘Kerstenstraat’
‘Dat klopt helemaal. Maar Mieke, specialist hergebruik Lei Geelen van Kersten en ik kunnen met elkaar afspraken maken; de afstemming op de werkvloer is uiteindelijk het allerbelangrijkste. De mensen in de ‘Kerstenstraat’ werken nagenoeg allemaal exclusief voor Kersten. Zij zijn de verbindende schakel tussen Westrom en Kersten, waarbij een belangrijke rol voor alle begeleiders is weggelegd. Het is onze taak om deze mensen te ontwikkelen binnen hun kunnen, dat is onze ‘why’. Al het werk dat we intern doen is idealiter een voorportaal voor uitstroom naar een externe werkgever. Tegelijkertijd zijn de opdrachten bij ons leidend. Daar moet je op sturen: het werk dat binnenkomt moet gedaan worden, binnen een bepaalde termijn en conform de kwaliteitsafspraken.’

Westrom-2

De transitie naar massieve banden
Maud is trots op het transitieproject van rolstoelluchtbanden naar massieve banden. Medio 2019 startte Kersten hier samen met Westrom mee, in opdracht van het zorgkantoor. ‘Deze transitie zou leiden tot minder lekke banden, en dus tot minder CO2-uitstoot, minder reparaties en minder monteurs die de weg op moesten,’ legt Mieke uit. ‘Alle luchtbanden gingen eraf en kwamen bij ons terecht,’ vervolgt Maud. ‘Met behulp van een speciale bandenmachine en onze mankracht werd de klus geklaard. En natuurlijk ging daar de nodige voorbereiding aan vooraf. De belasting voor de handen van onze mensen bleek namelijk te groot. Daarop heeft Kersten in samenspraak met de leverancier en de technische dienst van Westrom een speciale hefboom op de bandenmachine laten maken, zodat het wel weer mogelijk was. Ik denk dat dit een mooi voorbeeld is van hoe we samenwerken: gezamenlijk nadenken hoe we de doelgroep waar wij mee te maken hebben het werk kunnen laten doen dat Kersten van ons vraagt. We wisten dat het uitvoeren van deze klus uiteindelijk in minder werk zou resulteren; de uitval vanwege een lekke band wordt immers steeds minder. De verduurzaming van de markt conflicteert soms met de menselijke stroom, en daar moet je met elkaar een balans in zien te vinden. Soms kom je dus ook tot de conclusie dat bepaalde werkzaamheden minder goed passen. Dat kan best een domper zijn, maar het is een beetje inherent aan deze branche.’

Westrom als partner én first supplier
Als Kersten werk heeft dat past bij een participatiebedrijf, kloppen ze als eerste bij Westrom aan. ‘Als wij onze partners rondleidingen geven, gaan we vaak ook langs Westrom. Westrom is binnen de zorgkantorenstroom onderdeel van ons basisproces en dat willen we graag laten zien. Zo hebben we zelfs een keer het ministerie van VWS meegenomen. Zij waren toen dusdanig onder de indruk dat ze zich afvroegen waarom we nog niet aangesloten waren bij de Green Deal. Dat heeft erin geresulteerd dat Kersten als eerste partij binnen de branche de Green Deal ondertekende, in juni 2020.’ Maud vervolgt: ‘Als Kersten hier met bezoekers komt, houdt dat ons ook scherp. We hebben geen Green Deal getekend, zover zijn we nog niet, maar het zet je wel aan het denken. We leren van elkaar, en hebben over en weer profijt van de samenwerking. Zo stoten we minder Co2 uit dankzij het werk dat we voor Kersten uitvoeren. En het feit dat een kwetsbare doelgroep structuur krijgt door een vastomlijnd pakket van werkzaamheden aan sociale producten, maakt het plaatje compleet. Ja, het haakt allemaal mooi in elkaar.’

Een wederzijdse gunfactor
Dankzij Westrom is Kersten founder en partner van Konnekt’os geworden: een platform en ontmoetingspunt voor organisaties die nadenken over en stappen zetten op het gebied van sociaal ondernemen. ‘De directeur van Westrom heeft ons destijds daarvoor benaderd,’ aldus Mieke. ‘Een mooie plek waar vanuit wij andere werkgevers kunnen motiveren en inspireren. We hebben bovendien de MVO-prijs van Konnekt’os gewonnen, in 2019. Westrom heeft ons voorgedragen en op de achtergrond een motivatie ingediend. Dat vind ik sprekend voor ons partnership: we gunnen elkaar veel en werken samen toe naar een mensgerichter en duurzamer zorglandschap.’

De blik vooruit
‘Als ik mijn blik op de toekomst richt, blijft het belangrijk om te kijken wat wel en wat niet werkt,’ zegt Maud. ‘We hebben basiswerkzaamheden binnen Kersten afgesproken, maar vanuit daar kijken we verder: kunnen we uitbreiden? Is er werk dat Westrom nu niet doet maar wat we eventueel passend kunnen krijgen? En welke mensen zouden kunnen doorgroeien?’ Mieke vervolgt: ‘Wij blijven de waarde van bedrijven als Westrom zien. Dat gaat ook over een beetje omdenken: er is veel meer mogelijk dan je denkt. Dat geldt voor de levensduur van een rolstoel, alsook voor hoe je met mensen omgaat. En naast de sociale en inclusieve waarde is er een duidelijke economische waarde aanwezig, zeker nu we met de krapte op de arbeidsmarkt te maken hebben. All hands on deck en met de stroom mee.’

Westrom---Maud

Misschien ook interessant

Kersten Hulpmiddelen blijft hulpmiddelenleverancier

Kersten Hulpmiddelen blijft hulpmiddelenleverancier

Burgum, 15 december 2021 – De gemeenten Aa en Hunze, Assen, Midden-Drenthe, Noordenveld en Tynaarlo hebben een nieuwe overeenkomst afgesloten met Kersten Hulpmiddelen.

LEES MEER >

Inwoners Lemmer klaar voor een mooie en mobiele zomer in eigen land!

Leeuwarden – juli 2021. Kersten Hulpmiddelen opende in juni een nieuwe uitleenlocatie bij de polikliniek van Tjongerschans in Lemmer.

LEES MEER >
In gesprek met Buurtzorg - Atsje - tegel

In gesprek met Buurtzorg

Buurtzorg is een thuiszorgorganisatie die met kleine zelfsturende teams zorg levert aan huis. Sinds 2 jaar werkt Kersten Hulpmiddelen samen met Buurtzorg, waar Atsje Bouma

LEES MEER >

Gewoon een jongen van 16

Dat social return geen ver-van-je-bed-show hoeft te zijn, lees je terug in het verhaal van Paul. Zijn verhaal zou dat van elke willekeurige jongen van 16 jaar kunnen zijn. Door een ongeluk nam Pauls leven onverwacht een andere wending en belandde hij in een rolstoel. Een ontroerend verhaal over hoe het leven ook kan lopen en volwaardig meedoen.

Gewoon een jongen van 16

Dat social return geen ver-van-je-bed-show hoeft te zijn, bewijst Paul Jacobs. Zijn verhaal zou dat van een willekeurige jongen van 16 jaar kunnen zijn en laat zien dat social return een breed begrip is. Door een ongeluk nam Pauls leven onverwacht een andere wending en zit hij in een rolstoel. Sinds 2014 werkt hij bij Kersten. Een gesprek over zijn ervaringen binnen én buiten Kersten, en wat het voor zijn supervisor Joyce betekent om Paul in haar team te hebben.

‘Ik was bezig met motorvoertuigentechniek en volgde de opleiding tot automonteur,’ vertelt Paul. ‘Ik was net een paar maanden 16. ‘s Morgens haalde ik met mijn brommer een vriend op om naar school te gaan. Bart zat achterop. We zijn toen op een voorrangskruising aangereden. We droegen allebei een helm , maar ik heb het geluk gehad dat ik in een sloot terechtkwam, in tegenstelling tot Bart. Hij kwam met zijn hoofd op de weg terecht en is overleden. Dat is nu 18 jaar geleden.’

Een intensief revalidatietraject
‘Ik ben acht dagen in coma gehouden en heb 2,5 week in het Radboud ziekenhuis gelegen. Toen ben ik naar een revalidatiekliniek gegaan, waar ik drie maanden ben gebleven. Volgens mijn artsen zou dat een half jaar zijn, maar ik was met 3,5 maand thuis. Ik heb wel nog een tijdje in dagbehandeling gezeten. In die tijd ging ik twee dagen naar Nijmegen en twee dagen naar school om mijn opleiding af te maken. Sindsdien ben ik aangewezen op een rolstoel.’

Werken in de hulpmiddelenzorg
‘Nadat ik mijn opleiding had afgerond en praktijkexamen had gedaan, ben ik via via bij een locatie van Dichterbij begonnen. Het was mijn oom die me erop attendeerde om een overstap naar de hulpmiddelenzorg te maken. Ik wist niet of het iets voor mij was, maar het beviel goed. Bij Dichterbij werkte ik zowel als binnen- en buitenmonteur. Dit werd later een vestiging van Kersten. Ik zorgde ervoor dat de klant de juiste voorzieningen kreeg maar verrichtte ook reparaties in de werkplaats. Van daaruit heb ik een paar lasdiploma’s gehaald en ben ik de opleiding tot adaptatieadviseur gaan doen aan de Dutch Health Tech Academy. Ik ben liever met mijn handen bezig, maar die opleiding heeft me een stuk meer kennis en achtergrond gegeven die goed van pas komt, zoals kennis over ziektebeelden. Het is een mooie basis voor het werk dat ik nu doe, zoals het op de juiste manier instellen van een rolstoel.’

Maatwerk binnen Kersten
‘Van lassen tot stofferen en van ortheses maken tot het monteren van rolstoelen: ik heb het allemaal gedaan. Op dit moment houd ik me als monteur binnendienst op de afdeling maatwerk vooral bezig met orthesebouw. Ik ben verantwoordelijk voor de opbouw van rolstoelen waarop een orthese wordt gemaakt. Een orthese is een op maat gemaakte voorziening. Er wordt een 3D-afdruk van iemands lichaam gemaakt, die vervolgens in blokschuim wordt gemaakt. Daaromheen wordt dan een stoel gebouwd. Het is een maatwerkvoorziening voor mensen die bijvoorbeeld niet meer zelfstandig rechtop kunnen zetten. Zij worden dan ondersteund door de vorm van hun eigen lichaam. Het werk hier bevalt me goed. Ik heb een brede interesse en vind alles op het gebied van techniek interessant. Bij Kersten krijg ik de mogelijkheden om nieuwe uitdagingen aan te gaan, zo blijf ik me ontwikkelen.’

Een allround techneut met enorme drive
Ik denk dat Paul de meest allround techneut in ons team is,’ vertelt Joyce. ‘Hij kent de rolstoelen van binnen en buiten. Ook denk ik dat er geen stoffeerder is die zo technisch onderlegd is als hij. Ik vind het geweldig om te zien hoe Paul nieuwe dingen aanleert. Zo hebben we een naaimachine waar pedalen opzitten laten ombouwen tot een naaimachine die je met je elleboog bedient. Het heeft nogal wat voeten in de aarde om dat te leren; stofferen is al een uitdaging an sich, maar op deze manier is het nog uitdagender. Als Paul het kan leren, kan iedereen het leren. Dat is iets wat ik andere collega’s graag wil meegeven. Ik denk dat hij een voorbeeld voor anderen is. Zij kunnen zijn wil en zijn doorzettingsvermogen overnemen. Hij heeft een enorme drive. Bewonderenswaardig.’

Denken in mogelijkheden
‘Paul heeft geen extra aanpassingen op de werkvloer nodig, al wordt er natuurlijk nagedacht over de omgeving en over wat medewerkers nodig hebben,’ vervolgt Joyce. ‘Toen hij wat vaker laswerk deed werd zijn tafel bijvoorbeeld op zijn hoogte gemaakt. En hij maakt gebruik van een werkrolstoel, maar dat is het dan ook. Tegen werkgevers die zich nog niet met social return bezighouden, of die overwegen om ermee te beginnen, zou ik willen zeggen: doen! Toen ik bij Kersten kwam, inmiddels al weer 12 jaar geleden, zat mijn eerste monteur ook in een rolstoel. ‘Hoe doet ‘ie dat?’ dacht ik. Ik vond, en vind, het geweldig om te zien dat er mensen zijn die gewoon doorgaan en dealen met wat ze wél nog kunnen. Die kan je vaak beter in je team hebben dan mensen die niet weten wat ze met hun leven aan willen, of die denken in beperkingen.’

Huisje boompje beestje
‘Ik werk parttime, dus thuis is er tijd om lekker te sleutelen,’ vervolgt Paul. ‘Ik heb een werkplaats waar ik wat laswerk doe, dat is een hobby van me. Ook heb ik veel vrienden die net als ik graag crossen. En ik ga op zijn tijd graag naar een feestje. Oh, en ik heb een hond Mac. Een kruising tussen een boerbul en bullmastiff, niet bepaald een kleintje. Op dit moment is er een goede balans tussen werk en privé, temeer omdat mijn vrouw Eva werkt wanneer ik vrij ben. Zo hebben we geen oppas nodig voor onze twee jongens van 5 en 7 jaar: Nino en Dani. De jongste vindt voetballen heel leuk, de oudste is meer van de motorcross. In hem zie ik een drive die ik herken van toen ik jong was en crosste.’

Pauls levensadvies
‘Door wat ik heb meegemaakt zou ik anderen willen adviseren: probeer nieuwe dingen uit en zeg niet meteen: dat lukt me niet. Mijn moeder zegt weleens tegen me dat ik op mijn 16e in één klap volwassen ben geworden. Het onbezorgde is er vanaf, je moet nu over veel meer dingen nadenken. En alles kost een stuk meer tijd: van autorijden tot boodschappen doen. Het liefste doe ik ook alles zelf, ik ben een klein beetje eigenwijs. Ik heb altijd zoiets van: ik kan het toch proberen? En mocht het dan niet gaan, dan heb ik het in ieder geval geprobeerd.’

Social return bij Kersten
‘Paul is een mooi voorbeeld van veerkracht,’ besluit Joyce. ‘Ik ben erg blij met hem in mijn team. We zien ook niet eens meer dat Paul in een rolstoel zit, hij is zoals de anderen. Kijkend naar de persoon, naar wat er nog wél kan, dat typeert social return binnen Kersten.’

Herman & Jenne: een bijzonder team!

Voor Herman liep het leven net even anders. Na een zwaar ongeluk en een coma van negen weken volgde een zwaar revalidatietraject. De ouders van Herman gingen op zoek naar een nieuwe daginvulling en zo kwam hij op de bus bij Jenne terecht. Samen bedden afleveren en avonturen beleven. Ze werden een hecht team dat 15 jaar samen zou blijven.

Herman & Jenne: een bijzonder team!

Social return heeft vele gezichten. Een andere manier om mensen deel te laten nemen aan onze samenleving is door arbeidsmatige dagbesteding. Je verricht dan geen betaald werk, maar krijgt wel de kans om onderdeel van de werkende maatschappij te zijn en een waardevol steentje bij te dragen. Herman is voor ons een heel mooi voorbeeld. Minstens zo trots zijn we op Jenne: Hermans begeleider die hem 15 jaar onder zijn hoede heeft genomen. Een persoonlijk gesprek over Hermans ervaringen, samen met zijn trotse  ouders en Jenne.

‘Jaren geleden heeft Herman een zwaar ongeluk gehad,’ vertelt zijn moeder. ‘Hij heeft negen weken in coma gelegen. Met heel veel revalidatie is hij daar gelukkig uit gekomen. Na het revalidatietraject zocht Herman naar een goede dagbesteding, want achter de tv zitten doet niemand goed. Mijn dochter kwam toen Hulpmiddelencentrum Veendam op het spoor. Uiteindelijk hebben we contact opgenomen met hun vestiging in Burgum, dat was voor ons dichterbij. Ze hadden nog nooit nagedacht over samenwerken met mensen met een beperking, maar Jenne durfde het aan en zei: ‘Ik neem hem mee, dan gaan we kijken hoe zich dat ontwikkeld.’ Dat was het begin van een samenwerking die maar liefst 15 jaar heeft geduurd. Na het faillissement van het Hulpmiddelencentrum, voordat Kersten hen overnam, heeft Herman nog een paar maanden thuis gezeten. Dan merk je weer hoe ontzettend belangrijk het is om zinvol bezig te kunnen zijn. Vanuit Burgum is hij uiteindelijk met Jenne gaan rijden voor de vestiging Leeuwarden.’

De samenwerking tussen Herman en Jenne
Jenne heeft Herman de afgelopen jaren dag in dag uit meegenomen in zijn bus. Herman was zijn bijrijder en samen leverden ze hulpmiddelen bij mensen thuis af – en haalden deze na gebruik weer op. ‘In het begin was het aftasten,’ vertelt Jenne. ‘Hoe is hij, klikt het? En gelukkig, het klikte. Herman heeft mij altijd ontzettend geholpen. Zelf heb ik rugklachten; Herman is fysiek wat sterker dan ik.’ Jenne grapt: ‘Dus dan ging ik met klant praten en Herman maar sjouwen. Ik heb me als begeleider altijd verantwoordelijk gevoeld. Zijn ouders vertrouwen hem aan mij toe. Een hooglaagbed mag niet van de trap vallen, maar Herman ook niet. Omdat Hermans oogzenuw is beschadigd heeft hij nog maar 50% zicht. Vooral diepte zien is een probleem, dus trappen en afstappen moeten we extra goed opletten. Soms hadden we ook een spoedje. Dat betekent dat Herman ook een spoedje had. Mijn dag eindigde pas als de route klaar was. De klant die dat ene hulpmiddel nodig heeft, daar doe je het immers voor. Tegelijkertijd wilde ik ervoor waken dat de dagen voor Herman niet te lang werden.’ Herman: ‘Maar met z’n tweeën een spoedje doen, gaat veel sneller dan als je alleen bent.’ Jenne, lachend: ‘Dat is zeker zo. In al die jaren heeft Herman zich trouwens nog nooit verslapen. Elke keer als ik hem thuis ophaalde stond hij er, klaar voor weer een nieuwe dag.’

Avonturen in en buiten de bus
‘We hebben heel wat meegemaakt samen,’ zegt Herman. Jenne: ‘Ja, daar kunnen we wel een boek over schrijven. Zo hadden we een keer autopech bij de Duitse grens. Het was onze allerlaatste klant van die dag, het was een uur of 6. De laadklep ging niet meer dicht en met een open klep kun je niet rijden. Uiteindelijk waren we om 10 uur thuis. Dat was een lange dag.’ ‘Oh, en weet je nog die ene keer dat ik verdwaald was in dat verzorgingstehuis? We waren bezig bij een klant en ik moest een schroevendraaier uit de bus halen. Ik was vergeten op welke etage ik moest zijn en kwam per ongeluk op de gesloten afdeling terecht. Daar kwam ik dus niet meer weg. Of nou ja, uiteindelijk wel. Ik heb Jenne gebeld en die heeft ervoor gezorgd dat de juiste lift naar de afdeling kwam waar ik zat, zodat ik weer ‘vrij’ was.’ Hermans moeder: ‘En weet je nog die ene keer met je kersttrui? Het was rond kersttijd en je had die dag een mooie kersttrui aangetrokken. Je kwam bij een collega aan die precies naar zo’n trui op zoek was.’ Lachend: ‘Herman had nog een werktrui in de bus liggen en besloot zijn kersttrui aan zijn collega te verkopen.’

Uitdagende situaties
Jenne: ‘In dit werk heb je soms ook te maken met lastige situaties. Daarom is het belangrijk dat je als chauffeur en bijrijder goed op elkaar bent ingespeeld. Voordat je het huis van iemand anders binnenstapt, wil je weten wat er zich achter de voordeur heeft afgespeeld. Bij een overlijdensgeval is het zaak om geruisloos een bed uit de kamer te halen en geruisloos weer naar buiten te gaan. Ik herinner me een keer een geval in Urk. Een klant wilde met spoed een hooglaagbed kwijt in verband met overlijden. We wisten totdat we daar aankwamen niet dat het om een kind van een jaar of 5 ging. Dat was heftig. Daarom is de informatie rondom de reden van bezorging of het ophalen ook zo belangrijk, dan heb je het er van tevoren met elkaar over. Stel je voor dat je in een situatie als deze een opmerking als ‘Zo, dan heeft u weer ruimte in huis’ maakt. Dat zou heel pijnlijk zijn.’

Van buiten naar binnen
Omdat Jenne sinds dit jaar uit dienst is, werkt Herman nu op de vestiging zelf. Daar pakt hij onder begeleiding van zijn collega’s Sander en Danny medische hulpmiddelen of onderdelen ervan in. Ook maakt hij afleverpakketten voor de klanten in orde. Als de beste weet Herman welke folders en brieven hiervan onderdeel zijn. Hij is erg precies en nauwkeurig van aard. Daardoor is hij ook binnenskamers een waardevolle ondersteuning. ‘Al was de overgang van buiten naar binnen de eerste weken wel heel erg wennen,’ vertelt hij. ‘Je bent vrijer als je op de weg zit en je doet buiten andere indrukken op. Het is anders om tussen vier muren te werken. Fijn dat deze oplossing er nu is, maar ik mis het ook, het werken met Jenne.’

Buiten werktijd
‘Als ik niet bij Kersten werk doe ik een poging tot uitslapen en kom ik bij van wat ik die dag daarvoor heb meegemaakt. Ik ben fan van technisch Lego. Soms mist er nog een stukje. Gelukkig kun je die nu los online bestellen.’ Lachend: Mijn moeder mag in de hoek waar ik bouw ook niet stofzuigen. Het bouwen van Mammoet vrachtwagens vind ik ook leuk. En ik knap skelters op, die ik doorverkoop. Mijn vader zit op Marktplaats.’ ‘Die skelters gaan als nieuw de deur uit,’ zegt Hermans vader trots. ‘Nieuwe ketting, schilderen… Herman draait er zijn hand niet voor om. En gelukkig hebben we een grote garage, waar genoeg plek is om ze tijdelijk te stallen.’

Het belang van dagbesteding
‘Een vast ritme, maar ook samenwerken met mensen die geen beperking hebben is voor Herman essentieel. Niet alleen voor Herman zelf; ook voor de werking van zijn hersenen. De hersenen goed geactiveerd houden is voor zijn gezondheid heel belangrijk,’ aldus Hermans moeder. Zijn vader vult aan: ‘Na letsel is stilstand funest. Als er geen ontwikkeling en stimulering is gaat de hele boel achteruit. Dagbesteding is voor Herman het allerbelangrijkste.’

Kersten is dankbaar en trots om voor Herman van betekenis te kunnen zijn, en de rol van verbinder met de maatschappij te mogen vervullen. Een begeleider als Jenne is in een social return samenwerking als deze goud waard.

De weg naar werk van Nazir

Onder sociaal ondernemerschap hoort ook mensen een extra opstap naar werk bieden. Zeker in een wereld waar het vaak toch nog draait om diploma’s, kan een praktijkwerkervaring net het verschil maken. Want mensen zijn meer dan diploma’s.

De weg naar werk van Nazir

Het belang van praktijkervaring – van statushouder naar collega
Diploma’s zijn in onze werkende maatschappij de maat. Maar wat nu als je bijvoorbeeld als statushouder alles achter je hebt moeten laten, terwijl je in je eigen land een carrière had? Aan werk komen is dan een grote uitdaging, misschien niet eerlijk maar wel de dagelijkse realiteit. Daarom biedt Kersten ook werkervaringsplekken aan. Zodat we als organisatie iemand kunnen helpen én iets kunnen teruggeven aan de maatschappij. Een win win, die eigenlijk voor het oprapen ligt.

Nazirs verhaal
Zes jaar geleden vlucht Nazir van Afghanistan naar Nederland. Zijn eigen klusbedrijf liet hij noodgedwongen achter. Nadat hij Nederlands staatsburger is geworden, kruisen onze wegen elkaar via het project Opstap naar Werk*. Na deze ervaring blijft Nazir bij Kersten en inmiddels heeft hij een contract. ‘Dat ik hier kan en mag werken is voor mij een grote kans,’ vertelt hij. ‘Werken en geld sparen is belangrijk als je een nieuw leven wilt opbouwen. Ik heb twee dochtertjes. Als vader werk ik voor mezelf, maar ook voor hen. Ik gun hen een fijn leven en wil hen een goede toekomst geven.’

Werken binnen Kersten
Nazir demonteert bruikbare onderdelen van gebruikte voorzieningen en zorgt ervoor dat deze technisch in orde zijn. Ook maakt hij ze schoon. Daarnaast knapt hij hulpmiddelen op, zoals scootmobielen en rolstoelen. Hij stelt zijn begeleider Leon graag tevreden en staat bekend als leergierig. Extra aandacht besteedt hij aan de ontwikkeling van de Nederlandse taal en het aanleren van computervaardigheden en elektronicakennis. ‘De samenwerking is zeker plezierig. Nazir is erg gemotiveerd’. Ja beaamt Nazir, ik werk in een fijn team en ik vind de sfeer prettig’.

Nazir-2

Afstand tot de arbeidsmarkt: een breed begrip
Kersten maakt zich sterk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dat kunnen medewerkers zijn die speciale begeleiding nodig hebben, collega’s die middels arbeidsmatige dagbesteding hun steentje bijdragen of mensen met een bijzondere status, zoals Nazir. Voor deze laatste groep biedt Kersten werkervaringsplekken aan. Zo’n plek levert iemand naast een kans om al werkende ervaring op te doen, ook een mbo-praktijkverklaring op. Hiermee worden de kansen vergroot om jezelf op de arbeidsmarkt door te ontwikkelen en uiteraard om bij een werkgever binnen te komen.

Ontwikkelen en leren is voor iedereen
Als je mensen kunt helpen om goed te integreren of om hen een plek te laten vinden op de arbeidsmarkt, waarom zou je daar dan niet aan mee willen werken? Ontwikkelen en leren is voor iedereen en het is prachtig als je daar als organisatie actief aan bij kan dragen. Mensen die kwetsbaarder zijn een extra opstap bieden tot de arbeidsmarkt en hen zien meedoen aan de werkende maatschappij is voor ons een belangrijke drijfveer. En soms pakt het zo goed uit en is er ruimte binnen de organisatie en dan kan het zo maar zijn dat iemand in dienst komt.

Meer informatie over Opstap naar Werk en Nazir? Kijk dan hier: https://vimeo.com/607243367/6ebff7d958

Jetse in gesprek met de directeur

Toen Jetse hoorde dat dé directeur naar de barbecue zou komen, wilde hij graag op de foto. Deze foto staat inmiddels op zijn nachtkastje. Een mooi interview met Jetse over Jetse zelf.  Zijn verhaal geeft een inkijkje in social return en de dagelijkse praktijk. Als kers op de taart voor Jetse mocht hij ook Bas, onze CEO zelf nog even kort interviewen.

In gesprek met Jetse Rijper en Bas Alberts

Op een zomerdag in september is Jetse Rijper klaar voor de barbecue die Kersten elk jaar op al haar vestigingen in het land organiseert. Hij vindt het fantastisch als hij hoort dat zowel de CEO als de CFO ook van de partij zullen zijn en wil Bas Alberts die dag graag wat zeggen. Hun eerste live ontmoeting levert naast een leuk gesprek een foto van Jetse met Bas en Edgar op, die inmiddels op Jetses nachtkastje prijkt. Nu, ruim een half jaar later, is het tijd om met de grote directeur aan tafel te zitten. Ook Mieke Wijnen, projectleider social return, en Harold de Jong, begeleider van Jetse, schuiven aan. Een persoonlijk gesprek over Jetses ervaringen, speciale begeleiding en inclusiviteit op de werkvloer.

“Je hebt ons die dag allemaal geraakt”, begint Mieke. “Jij keek op tegen een directeur, terwijl dat echt niet nodig is en jij even belangrijk bent. Ik vond het mooi dat je je gewaardeerd voelde en het doet goed om te zien hoe trots je bent op het werk dat je bij ons doet. Als dit door een directeur bevestigd wordt kan ik me voorstellen dat dit extra speciaal is. “Ja, ik vond het echt heel gaaf”, vertelt Jetse. “Ook dat ik nu dit interview mag doen.”

Van misbaksels naar rolstoelen
Jetse, nu 24 jaar, komt net als veel mensen die bij Kersten werken vanuit een afstand tot de arbeidsmarkt niet uit de hulpmiddelenbranche. “Ik heb hiervoor anderhalf jaar bij Bolletje in Almelo gewerkt op de afdeling reststromen. Misbaksels en verkeerd verpakte dingen werkte ik daar weg. Toen mijn klus bij Bolletje op hield, ben ik samen met mijn sociaal detacheerder om me heen gaan kijken. We kwamen al vrij snel bij Kersten uit. Ik heb toen een rondleiding gekregen. Ook nog bij een ander bedrijf. Ik had een week de tijd om een keuze te maken. En het werd Kersten Hulpmiddelen. Kersten gaf de doorslag vanwege de persoonlijke en meer kleinschalige cultuur. 3 februari 2020 begon ik aan mijn eerste werkdag. Tot op de dag van vandaag ben ik blij met mijn beslissing. En ik vind dat wat ik nu doe veel leuker en uitdagender dan wat ik eerder deed.”

Een mooie ontwikkeling
Mieke: “Je had nog nooit een boormachine in je handen gehad, toch? Je kwam niet uit de technische hoek. Dat was best even spannend.” Jetse: “Ik heb thuis weleens wat geboord, maar inderdaad: dit werk was nieuw voor me. Als medewerker reconditionering in de reiniging houd ik me bezig met het verwerken en demonteren van onze hulpmiddelen. Ik denk dat ik daarin de afgelopen tijd veel progressie heb gemaakt. Al is er nog genoeg om te leren.” Harold vult hem aan: “Jetse heeft zich in vrij korte tijd zeer goed ontwikkeld. Hij gaat uitdagingen aan en is zelfstandig en leergierig. Hij kan meerdere dingen doen, is loyaal en altijd gemotiveerd.”

Een inkijkje in Jetses werkdag
“Ik houd me onder andere bezig met het strippen van stoelen. Dat begint bij gewone stoelen; daarna elektrische rolstoelen en andere hulpmiddelen. Ook ben ik tweede man bij REHA, de rolstoelwasstraat. Ik zorg voor de reininging voordat de hulpmiddelen in de wasstraat gaan, de voorreiniging. Daarna zet ik ze achterover om ze uit te laten lekken, waarna ze klaar zijn om in het depot te worden opgeslagen. Als collega Peter met vakantie is, of een dag vrij heeft, ben ik de aangewezen persoon om daar te staan. Ik heb echt plezier in wat ik doe. Donderdag is mijn vrije dag. Dan kan ik bijkomen, dat heb ik ook nodig. Ik werk 32 uur per week en heb sinds 1 april 2021 een vast contract voor onbepaalde tijd.”

Speciale begeleiding
Kersten maakt zich sterk voor medewerkers met een bijzondere status. Ook Jetse is bij Kersten onder speciale begeleiding binnen gekomen. Wat is belangrijk voor hem om goed te kunnen werken? “Ik ben erg gebaat bij structuur en duidelijkheid. Ook vind ik het belangrijk dat ik kan vertrouwen op de mensen om me heen. Wat ik prettig aan Harold vind, is dat hij kort op de bal speelt. Problemen probeert hij snel op te lossen en onduidelijkheid neemt hij snel weg. Iedereen heeft bovendien een duidelijke taakverdeling. Dat is heel fijn.” Mieke vult aan: “Onze begeleiders op de werkvloer, zoals jij Harold, zijn ook onze waarborg. We zijn uiteindelijk een commercieel bedrijf en willen onze klanten goed werk leveren. Begeleiders spelen daarin een belangrijke rol om het proces vloeiend te laten verlopen, want iedereen heeft een andere gebruiksaanwijzing. Harold, jij zorgt er echt voor dat Jetse krijgt wat hij nodig heeft.”

Social return en inclusiviteit: vanuit en mét het hart
Hier haakt CEO Bas Alberts, die rustig heeft zitten luisteren op in. Bas: “Jetse is een heel mooi voorbeeld van iemand die het bij ons naar zijn zin heeft. Dat vind ik mooi. Ook is het goed om te horen dat hij de structuur die hij nodig heeft daadwerkelijk krijgt. Dat is echt iets waarin we ons als bedrijf in onderscheiden. Mensen als Harold zorgen daarvoor. En je ziet dat het werkt. Fantastisch om dat terug te horen, daar ben ik trots op. Het sluit heel mooi aan bij onze maatschappelijke rol. Jetse ervaart en beleeft dagelijks zoals wij het voor ogen hebben binnen onze strategie: koploper zijn op het gebied van sociaal en inclusief ondernemen. Andere partijen roepen vaak dat ze het doen, maar ik weet dat er een wereld van verschil is tussen hoe zij het doen en hoe wij het doen.”

“Wij doen wat we doen vanuit ons hart; niet vanuit een eis van opdrachtgevers,” vervolgt Bas. “Het inclusieve, menselijke en persoonlijke aspect is wie we zijn en staat los van social return invullingen waaraan je als bedrijf moet voldoen. Social return zit diep geworteld in ons DNA en vormt een integraal onderdeel van onze strategie. Ik denk ook echt dat het vanuit je hart komen, want als je alleen vanuit euro’s denkt werkt het niet. We doen met elkaar mooie dingen; om me heen zie ik veel enthousiasme en energie. Dat geldt eigenlijk voor alle vestigingen waar ik kom.” Harold: “Jullie benaderen op gelijkwaardigheid, dat is heel fijn.” Jetse klinkt instemmend: “Ik kan uit ervaring zeggen dat ik vaak te horen heb gekregen: ‘We bieden meer begeleiding, of een werkcoach.’ Maar als puntje bij paaltje kwam bleek dat in de praktijk toch anders te zijn. Het bleken beloftes die niet werden nagekomen. Kersten biedt mij wel de begeleiding die ik nodig heb.” Bas: “We zoeken de balans. We zijn een commercieel bedrijf. Soms moeten we ook besluiten dat iets niet werkt. We willen de beste opstelling neerzetten: de beste man op de beste plek. Als dat lukt, werkt het ook echt heel goed.”

Jetze stelt zijn vraag
Nu we enige tijd zitten te praten is het dan eindelijk de beurt aan Jetze. Hij pakt zijn moment en stelt zijn vraag aan de directeur. “Ben jij eigenlijk altijd zo sociaal? En je bent ook bourgondisch, toch?” Bas begint te lachen en geeft toe dat hij zeker van lekker eten houdt. “Maar om op dat sociale terug te komen Jetze, ja dat klopt. Ik ben oprecht geïnteresseerd in alle medewerkers. Een tik van me is dat ik veel onthoud en veel details weet. Dat kost me geen energie, integendeel. Ik vind het leuk als ik van mensen hoor hoe het gaat. Ondanks dat ik niet vaak naar de vestigingen kom, probeer ik op de momenten dat ik er wel ben wel die verbinding te maken.”

Toekomstdromen
“Jetse, wat zou je in de toekomst graag willen bereiken?” vraagt Mieke zich af. “Bas van de troon stoten en ooit een keertje CEO worden.” Bas, lachend: “Laten we afspreken dat je een keer met me meegaat. Je hebt donderdag toch altijd vrij hoor ik net, dus dat kan makkelijk. Dan mag je een dagje op mijn stoel zitten. Letterlijk en figuurlijk.” De afspraak staat bij deze, maar eerst is er nog de verhuizing naar het nieuwe pand van onze vestiging in Almelo. “En zelf ga ik ook verhuizen,” zegt Jetse. “Ik ga op mezelf wonen, het huurcontract is bijna getekend. Mijn team heeft al aangeboden dat ze er voor me zullen zijn als ik hulp nodig heb. Dat zeggen ze niet alleen, maar dat zullen ze als het nodig is ook echt doen!”